Wie het huisje op tuinnummer 136 voor het eerst binnenkomt  bij Maya en Ger Clarijs, ziet meteen dat het daar binnen lijkt op daar buiten. Een zeer verzorgde tuin: geen bodembedekkers die overal heengroeien, nergens is onkruidachtig groen te bespeuren of bomen die alle kanten opgroeien… zelfs geen verzakt paaltjes of kapotte pot.  Alle planten staan op hun eigen plek, omgeven door donkere aarde, uitschieters worden getemd, bomen op tijd gesnoeid. Kijk, hier wordt gewerkt!

Binnen is net zo: schilderwerk strak in de lak, tegels met rechte voegen, koel-vriescombinatie weggewerkt in de kast: opgeruimd staat immers netjes.

Saai? Nee hoor: Maya fleurt tuin en huis op met zelfgemaakt werk. De gordijnen hebben ruches, er staan wat beelden buiten, allemaal zelfgemaakt. Ger maakte de koven ervoor, vanzelfsprekend geschilderd in de kleur die past bij het interieur. De lambrisering heeft extra houten versiering. Zelfs de zolder is in stijl,

Maya: “ Bijna 49 jaar hebben we hier een tuin. Eerst was ‘t een stuk samen met de buren. Wij hadden een klein tuintje, met een grote brandplaats ernaast (toen mocht je nog hout branden/stoken). Nu is onze tuin veel groter. Het huisje van 4 bij 4 erop was gebouwd van oud hout, we hadden het anderhalf jaar en toen was ‘t al half verrot. Het moest tegen de vlakte en Ger heeft dit huisje toen zelf helemaal gebouwd.”

Gerard(Ger): “Eerst was het 4 bij 4, toen werd 5 bij 4 de maximale grootte. Na een aantal jaren werd het 5 bij 5 en toen heb ik er een stukje aangebouwd. Thuis heb ik ook een stuk aangebouwd. Van alles wat ik hier heb gebouwd heb ik de tekeningen. Van de aanbouw, de grote houten luifel, het huis, het schuurtje. Om de vergunningen aan te vragen.”

Maya: “ Zelfs een pad veranderen of verplaatsen hebben we aangevraagd! Voor alles een vergunning. Dat moest je toen nog doen. Vroeger was het strenger hier. En ze zien hier alles op de hoek.”

Ger:“ Het eerste huisje was helemaal van oud hout. Ik heb nieuw gebruikt, onderaan is het van steen, halfsteens. EN meteen dubbel glas ingezet. De kozijnen zijn van hardhout, voor de eeuwigheid dus, als je het maar goed onderhoudt. Om de twee, drie jaar verf ik dus alles buiten.”

Ger: ” Alle huisjes hier zakken weg, dat van ons ging ook, zo’n vijftien jaar geleden. Toen heb ik het zelf in totaal 18 cm omhoog gekrikt. In het metselwerk zit namelijk een draadend van metaal om het hout aan vast te maken. Toen ben ik met een krik daar onder rondgegaan en heb stukje voor stukje alles opgekrikt. Er waren stenen scheef  en gaten eronder, openingen vanwege die 18 centimeter. Dezelfde stenen waren niet te vinden.

Keralit kunsstof zit er nu voor. Dat materiaal verslijt je niet, dat is kei -en keihard.”

Maya: “Net voor Corona begon hij binnen te verbouwen. De badkamer werd te onhandig om goed in te bewegen en die werd verplaatst. Heel de badkamer werd meteen vernieuwd, de keuken van Ikea geschilderd en een nieuwe tegelvloer gelegd.

De gordijnen heb ik genaaid, een heel werk, die ruches. Gewerkt heb ik na de kinderen nooit meer. (Ger: ”Ik zei dat als jij gaat werken, ik thuis ga zitten”), dus heel veel vrijwilligerswerk gedaan, ook hier op de tuin, dat was leuk, zoals de tentoonstellingen, lampions maken, koken.

Beiden: ”De tijden zijn veranderd, veel commentaar en zelf weinig doen… kijk maar bij het verfwerk voor de kantine. En in die 170 huisjes moet er bijvoorbeeld toch wel een penningmeester zijn?”

Maya: ”Net als Ger wil ik alles zelf doen. Ik versier graag. En tuinier graag. En als ik wat doe, doe ik het goed.”

Maya: “Wensen? Nee, alles is precies naar mijn zin. Ja toch: ik hoop dat ik nog tien jaar hier zit. Het is mijn plekkie en ik wil niet weg.”

Door Marga Cooiman