In een tuin zie ik mooie lichtpaarse bloemen staan. Het lijken krokussen maar het is september. Dat is merkwaardig, dus reden voor een onderzoekje.
Er zijn inderdaad krokussoorten die bloeien in de herfst maar over krokussen is zoveel te vertellen dat ik daar liever een apart hoofdstukje aan wil wijden. In dit geval gaat het over:
Herfsttijloos ( Colchicum autumnale)
De herfsttijloos is, evenals de krokus, een bolgewas. De bloemen lijken erg op die van een krokus. Het grootste verschil zit hem in het aantal meeldraden. Herfsttijloos heeft zes meeldraden en drie stijlen. De krokus heeft drie meeldraden en één stijl. Een ander verschil zit hem in het blad: de krokus heeft grasachtig, sprietig blad met een witte streep; het blad van de herfsttijloos verschijnt pas in het voorjaar en lijkt meer op het blad van een losse prei of een tulp.
Herfsttijloos komt in Nederland in het wild voor, het is een inheemse plant die groeit in vochtige rivierdalen of weilanden met een leemrijke of kalkrijke bodem. Vooral in Zuid Limburg kun je hem nog aantreffen. Het is hier, in Nederland, een zeldzame en kwetsbare plant geworden door bebouwing en bemesting. In grote delen van midden Europa komt herfsttijloos voor, vanaf noord Portugal en zuid oost Ierland tot in de Balkan maar niet noordelijker dan Nederland.
Herfsttijloos bloeit in de herfst, zoals de naam al zegt, van eind augustus tot november. Het “tijloos” slaat op het feit dat de plant zich niet houdt aan de tijd. In de herfst verschijnt eerst de bloem op een wit steeltje; de bladeren en zaaddozen verschijnen pas in het voorjaar. Herfsttijloos is dus een naaktbloeier en de bloemen worden daarom ook wel “naakte juffer”, “kind voor de vader” of “naakte begijntjes” genoemd.
Vermeerdering van de inheemse herfsttijloos vindt plaats door zaad en het vormen van broedknolletjes op de hoofdknol. Het duurt lang, minimaal drie jaar, voordat de zaailingen van de herfsttijloos gaan bloeien.
Naast de inheemse soort bestaan er ook als stinzenplant verwilderde, uitheemse soorten herfsttijloos. Het zijn deze planten die je in tuinen of parken tegenkomt.
– de “colchicum byzantum” of “droogbloeier” is afkomstig uit Turkije en rond 1600 hier al bekend.
– de “colchicum tenorei” of Italiaanse tijloos komt zoals de naam al zegt uit Italië.
Deze soorten en hun verder gekweekte varianten worden in tuincentra vaak verkocht als herfsttijloos “colchicum autumnale”. Ze krijgen meer bloemen per knol en hebben minder vocht nodig en zijn daardoor gemakkelijker te kweken. De “droogbloeier” heeft zelfs helemaal geen aarde nodig om te bloeien. De bol bloeit gewoon op een schoteltje in de vensterbank. Deze niet inheemse herfsttijloos varianten vermeerderen zich alleen via de wortelknol en zaaien zich niet uit.
Giftig. Zonder uitzondering zijn alle delen van alle colchicumsoorten zeer giftig voor mensen en dieren. De naam “colchicum” is een verwijzing naar de stad Colchis bij de Zwarte Zee waar Medea, de legendarische tovenares en gifmengster uit de Griekse mythologie, vandaan kwam.
Herfsttijloos bevat de stof colchicine. Voor kinderen is een dosis van 20mg. dodelijk. Eén zaadje bevat al 4 mg. Paarden kunnen doodgaan door het eten van hooi waarin delen van de plant terecht gekomen zijn. Toch werd/ wordt colchicine ook als medicijn gebruikt. Het is een alkaloïde, een oud ontstekingsremmend middel dat goed tegen jicht werkt. Ook werd het ingezet voor de behandeling van kanker. Nog steeds wordt colchicine gebruikt ter voorkoming van hartziekten.
Naast deze medische toepassingen wordt colchicine ook gebruikt bij de veredeling van gewassen bv. graan (meer en grotere korrels).
Alle gebruikte informatie is te vinden op internet. Ik had veel aan Wikipedia; allesoverbloembollen https://www.allesoverbloembollen.nl/bloembollen-soorten/herfstbloeiende-bolgewassen/colchicum-herfsttijloos en De Flora van Nederland https://www.floravannederland.nl/planten/herfsttijloos
door Liesbeth Benneheij
foto Nika Benedictova on Unsplash