De meeste groenten zijn eenjarige planten, die je vanaf zaad of kiemplantjes opkweekt en hetzelfde jaar oogst. Om het jaar erna hetzelfde ritueel te herhalen. Er zijn ook groenten die je niet elke keer opnieuw hoeft te zaaien; wel zo makkelijk. En misschien een leuke aanvulling. Vaak heb je ook al eerder in het voorjaar de eerste oogst.
Rabarber
Je eet de stengels vanaf het voorjaar tot ongeveer de langste dag.
Een rabarberplant van minstens een paar jaar oud kan je vermeerderen (of verjongen) door de wortelkluit te splitsen. Dit kan je het beste doen in november of in maart. Als je een van de buitenste stukken behoudt, kan je op deze manier de plant verjongen. Dit kan nodig zijn als de opbrengst minder wordt. Als je de stekken op dezelfde plek wil herplanten, moet je eerst de grond verversen en/of compost toevoegen. Dit verkleint de kans op ziektes. Geef rabarber veel organische mest voor een betere oogst. Je kan het beste de bladstengels los draaien. Als je ze afknipt kunnen de achtergebleven stompjes gaan rotten. Laat in ieder geval een aantal bladeren staan, zodat de plant weer op krachten kan komen voor het volgende jaar.
Als de plant gaat bloeien, haal dan de bloeistengel eruit, want het kost de plant veel kracht en dat gaat ten koste van de oogst.
Eeuwig Moes
Een koolsoort. Eet het blad al in het voorjaar, als er nog niet zoveel te oogsten valt.
Als je de plant regelmatig topt, blijft hij compact met meer zijscheuten, dus meer te oogsten blad. Je kan de plant vermeerderen door het stekken van de scheuten in augustus of september. In mijn tuin helaas slakgevoelig, zoals alle koolsoorten. Gebruik van slakkenringen kan helpen.
Groene asperges
Groene asperges vragen minder tijd in onderhoud dan de witte.
Van witte asperges eet je de ondergrondse, aangeaarde delen. Van groene asperges eet je de delen die boven de grond groeien, als deze ongeveer 25 cm groot zijn. Na juni kan je beter niet meer oogsten, anders put je de planten teveel uit voor het volgende jaar. Ze zijn winterhard, maar ze verdragen niet teveel nattigheid. Ze kunnen lang op hun plek blijven staan.
Als je geen plantjes kan kopen, kan je ze opkweken van zaad, maar dat vraagt geduld. Na ongeveer drie tot vier jaar kan je de eerste oogst verwachten. Je moet ze warm zaaien in het voorjaar, waarna je ze in de zomer in voedselrijke grond met compost uit kan planten. Geef ze regelmatig organische mest.
Overblijvende Broccoli ‘Nine Star’
Als je in het voorjaar de top van de plant eruit haalt, maakt de plant erna diverse zijscheuten met kleine broccoli’s. Ook het blad is eetbaar. De plant wordt vrij hoog en heeft ondersteuning nodig. Als er geen uitlopers meer gemaakt worden en de plant zaad gaat vormen, moet je de overgebleven scheuten terugsnoeien.
Je kan zaaien in het voorjaar en uitplanten in de zomer. Het jaar erna heb je je eerste oogst. Meestal gaan de planten een paar jaar mee.
Aardpeer
Hiervan wordt de knol gegeten. Het is familie van de Zonnebloem.
Af te raden omdat de plant enorm woekert. De knollen zijn ook moeilijk te verwijderen.
Artisjok
Een lastige, omdat hij niet in ons klimaat thuis hoort. Iets voor de echte liefhebber. Overleeft niet altijd onze winters. Vorstbescherming is noodzakelijk. De oogst is vaak niet zo groot. Je eet de onrijpe bloemhoofden. De planten nemen veel plek in en zijn opvallend om te zien.
Je kan ze zaaien op warmte in maart en uitplanten na de laatste nachtvorst. Met wat geluk kan je het eerste jaar al oogsten. Je moet de plant ongeveer elke drie jaar vervangen. Je kan stekken nemen van de scheuten met een stukje wortel, in het voorjaar. De jonge plantjes zijn slak gevoelig.
Kardoen
Dit is familie van de Artisjok. Ook deze planten nemen veel ruimte in – reken op een vierkante meter – en zijn heel opvallend om te zien. Bij strenge vorst bevriezen ze. Het is aan te raden om ze in de winter te beschermen, bijvoorbeeld door er veel afgevallen bladeren omheen te gooien.
Van de Artisjok eet je de onrijpe bloemhoofden, maar van de Kardoen eet je de gebleekte bladstengels. Mocht het met de oogst niet lukken, dan zijn de grote bloemen het aanzien waard.
Je kan ze in de warmte voorzaaien in het voorjaar en uitplanten als het niet meer vriest. In september moet je de bladstelen bleken door er aarde omheen te doen. Als de bladeren wijd uiteen staan, kan je ze met wat touw bij elkaar binden, dan heb je minder aarde nodig. Na een paar weken kan je gaan oogsten.
Suikerwortel
Van deze plant worden de wortels gegeten. Gebruik hiervoor de recepten van schorseneren; je bereidt ze op dezelfde manier, maar ze zijn nog wat zoeter van smaak. Je kan de wortels ook rauw eten. De wortels kunnen worden geoogst als het loof begint af te sterven. Haal er niet teveel van weg, want het is een overblijvende plant.
De planten worden ongeveer 1.00 tot 1.50 meter hoog. Ze groeien het beste in vochtige grond met veel compost erin en met voldoende zon. Je kan zaaien in september of in april.
Brave hendrik
Van oorsprong een heemplant, maar komt niet veel meer voor in het wild. Houdt van vochtige stikstofrijke gronden. Staat het liefst in de halfschaduw – schaduw. Handig voor moeilijke plekjes in de moestuin. Het blad kan gegeten worden zoals spinazie. Vooral kort na het oogsten eten want de bladeren verleppen snel. Soms worden de scheuten ook gegeten als asperges.
De plant kiemt heel traag. Om het kiemen te bevorderen kan je het beste het zaad of de zaaibakjes 2 weken in de ijskast zetten. Zaaien in het voorjaar geeft oogst vanaf het jaar daarna. De plant maakt een stevige penwortel en is daardoor moeilijk te verwijderen. Ook zaait de plant zich rijkelijk uit. Knip dus de bloemen eruit; dit komt ook de oogst ten goede. De plant wordt ongeveer 60 cm hoog en 40 cm breed.
Als je zaaien te lastig vindt, kan je ook plantjes proberen te kopen. Op de site van Vreeken (Dordrecht) zag ik dat zij in het zomerseizoen planten aanbieden van Suikerwortel, Rabarber, Eeuwig Moes en Groene Asperges. De zaden verkopen zij ook.
Veel succes en … eet smakelijk.
Door Lenie Lohstroh
Foto: Brittney Strange via Unsplash