Wat een weer was het de tweede helft van februari! Temperaturen overdag tot 20,5 graden op 27 februari. Landelijk sneuvelde record na record. ’s Nachts was het fris met enkele graden nachtvorst. Prompt eind februari ging de overdagtemperatuur flink omlaag en de nachttemperatuur iets omhoog. En gelukkig begin maart wat regen.
Hommels
Op 17 februari zag ik de eerste Aardhommel. Deze soort is bijna altijd de eerste in het voorjaar. Hommels in februari en maart zijn altijd koninginnen. Het hommelvolk sterft voor de winter. Alleen de bevruchte koninginnen overwinteren en beginnen bij voldoende hoge temperatuur een nieuw volk. De koningin legt eitjes en verzorgt het broed. Daar is voedsel voor nodig, dus gaat ze op zoek naar nectar en stuifmeel. Vroege voorjaarsbloeiers, zoals krokussen en wilgen, zijn dan ook erg belangrijk voor hommels.
Later in het jaar, als er jonge werksters uit de eitjes zijn gekomen, blijft de koningin in het nest en de werksters halen voedsel voor het nieuwe broed. In de zomer zie je daarom kleinere hommels dan in het vroege voorjaar.
Honingbijen
Achter de vuurdoornhaag in de Vlindertuin staan sinds begin winter 2 kasten met honingbijvolken. Al op 11 januari zagen we enkele honingbijen buiten de kast. In de warme februariweken vlogen ze volop. Ook voor honingbijen zijn vroege bloeiers erg belangrijk. Stuifmeel en nectar halen ze van o.a. sneeuwklokjes, wilgen, helleborussen, krokussen en longkruid.
Vlinders
In die warme weken werden in ons land overwinterende vlinders wakker. Ik zag citroenvlinders, dagpauwoog en kleine vos. In de nieuwsbrief van Vara’s Vroege Vogels las ik dat er al vele kolibrievlinders zijn gesignaleerd. Die heb ik helaas bij ons niet gezien.
Ria Lenferink
Tuin 183